-
1 zich voornemen
гл.общ. иметь намерение, намереваться, затеять (что-л.) -
2 zich voornemen
disidíDicionário Português-Holandês e Holandês-Português > zich voornemen
-
3 zich voornemen
v. propose, purpose -
4 zich voornemen
décider -
5 zich voornemen
disidí -
6 voornemen
voornemen1〈 het〉♦voorbeelden:het vaste voornemen iets te bereiken • the determination to achieve somethingmet het vaste voornemen om • determined to, with the firm intention tohet lag in haar voornemen om • she intended/planned toiemand van zijn voornemen afbrengen • dissuade someone from his purpose————————voornemen2〈wederkerend werkwoord; zich voornemen〉1 resolve♦voorbeelden:1 hij had het zich vast/heilig voorgenomen • he had firmly resolved to do so/itzich iets in stilte voornemen • quietly resolve to do somethingzij bereikte wat ze zich voorgenomen had • she achieved what she had set out/planned to do -
7 voornemen
voornemen1〈 het〉♦voorbeelden:het stellige, vaste voornemen hebben te • avoir la ferme intention deeen voornemen opvatten • prendre une résolution————————voornemen2〈wederkerend werkwoord; zich voornemen〉♦voorbeelden: -
8 zich iets in stilte voornemen
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zich iets in stilte voornemen
-
9 voornemen, zich
-
10 resolve
n. besluit, vastberadenheid--------v. oplossen; besluiten, beslissen; ophelderen; scheidenresolve1[ rizzolv]1 besluit ⇒ beslissing, voornemen♦voorbeelden:keep one's resolve • bij zijn beslissing blijven————————resolve21 een beslissing/besluit nemen ⇒ besluiten, zich voornemen3 zich oplossen ⇒ zich ontbinden, uiteenvallen♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:7 that resolved us to … • dat deed ons besluiten om … -
11 penser
penser [pãsee]♦voorbeelden:1 les animaux pensent-ils? • beschikken dieren over een denkvermogen?façon de penser • zienswijzefaites-moi penser à lui écrire • help me eraan herinneren dat ik hem nog moet schrijvenlaisser, donner à penser • te denken gevenvous n'y pensez pas! • dat meent u niet!ah, j'y pense • tussen twee haakjesil ne dit rien, mais il n'en pense pas moins • hij zegt niets, maar denkt zoveel te meerpense aux voisins! • denk om de buren!sans penser à mal • zonder kwade bedoelingsans y penser • onbewust, automatisch, zonder opzetpenses-tu!, pensez-vous! • wel nee!pensez-donc! • stel je voor!II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 denken ⇒ menen, vinden2 veronderstellen ⇒ vermoeden, geloven3 van plan zijn ⇒ zich voornemen, zich voorstellen5 hopen6 bedenken ⇒ doordenken, uitdenken♦voorbeelden:1 qu'est-ce qui vous fait penser cela? • hoe komt u daarbij?marcher dans ce que je pense • trappen in je-weet-welqu'en pensez-vous? • wat vindt u ervan?un coup de pied où je pense • een schop onder zijn je-weet-welvous pensez bien que • u kunt zich wel voorstellen datne pas penser que 〈+ aanvoegende wijs〉 • niet denken, niet geloven datv1) denken (aan)2) menen, vinden6) hopen7) bedenken -
12 proposer
proposer [proppoozee]1 voorstellen ⇒ voorleggen, aanbieden♦voorbeelden:proposer un sujet à l'examen • een onderwerp opgeven bij het examenproposer qn. à une fonction • iemand voordragen voor een functieproposer qn. en exemple • iemand ten voorbeeld stellen→ homme1 zich voornemen ⇒ van plan zijn, zich ten doel stellen, beogen2 zich aanbieden ⇒ z'n diensten aanbieden, zich kandidaat stellenv1) voorstellen2) aanbieden3) voorleggen, opgeven -
13 иметь намерение
vgener. toedenken (дать, подарить и т.п.), voorhebben, 't voornemen koesteren, (какое-л.) (iets) in zijn wapen voeren, bedacht zijn op, zich voornemen -
14 намереваться
vgener. voornemen, bedoelen, beogen, menen, op het punt staan, van plan zijn, voorhebben, voornemens zijn, willens zijn, zich voornemen -
15 purpose
n. doel; bedoeling--------v. zich voornemen, van plan zijnpurpose1[ pə:pəs]1 doel ⇒ bedoeling, reden, plan, voornemen2 zin ⇒ (beoogd) effect, resultaat, nut♦voorbeelden:1 does this serve your purpose? • beantwoordt dit aan je verwachtingen?accidentally on purpose • per ongeluk expreshe came for/with the purpose of seeing us, he came on purpose to see us • hij kwam met het doel om ons te bezoekenhe did it on purpose • hij deed het met opzet2 these talks have certainly answered/fulfilled/served their purpose(s) • deze besprekingen zijn zeker zinvol geweestall your help will be to no purpose • al je hulp zal tevergeefs zijnthese money cuts will come to little purpose • deze bezuinigingen zullen weinig effect hebben♦voorbeelden:————————purpose2♦voorbeelden:1 he purposes to spend his holidays with us • het ligt in zijn bedoeling zijn vakantie bij ons door te brengen -
16 иметь намерение
vgener. toedenken (дать, подарить и т.п.), voorhebben, 't voornemen koesteren, (какое-л.) (iets) in zijn wapen voeren, bedacht zijn op, zich voornemen -
17 намереваться
vgener. voornemen, bedoelen, beogen, menen, op het punt staan, van plan zijn, voorhebben, voornemens zijn, willens zijn, zich voornemen -
18 set out
-
19 promettre
promettre [prommetr]1 beloven ⇒ toezeggen, verzekeren, uitloven♦voorbeelden:〈 schertsend〉 ça promet! • dat belooft wat!♦voorbeelden:v1) beloven, toezeggen2) voorspellen -
20 задумать
van plan zijn, zich voornemen, bedenken
- 1
- 2